Het idee om een integrale telling van Slechtvalken te houden is ontstaan omdat er weinig bekend is, cijfermatig bij SOVON, over overwinterende Slechtvalken in de regio West Brabant (binnendijks). Dit in tegenstelling tot bijvoorbeeld Friesland en het noordelijk
deltagebied, waar wel goede cijfers van bekend zijn. Waarnemingen van overwinterende Slechtvalken worden in West Brabant maar mondjesmaat doorgegeven aan SOVON.
Echter, er worden steeds meer Slechtvalken waargenomen in West Brabant. Om de huidige verspreiding van overwinterende Slechtvalken in kaart te kunnen brengen hebben leden van de West Brabantse Vogelwerkgroep en de Vereniging voor Vogel- en Natuurbescherming
Etten-Leur besloten om gezamenlijk een zo groot mogelijk deel van West Brabant simultaan te tellen.
Het onderzoeksgebied.
Globaal omvat het onderzoeksgebied West-Brabant ten noorden van de snelweg A58 (Bergen op Zoom – Breda) en ten westen van de A27 (Breda – Werkendam), inclusief de Biesboschpolders, de uiterwaarden van de Maas tussen Geertruidenberg en Waalwijk en het
natuurgebied de Bleeke Heide. Onder andere het uiterste westen van het onderzoeksgebied en de omgeving van Bosschenhoofd zijn niet vlakdekkend geïnventariseerd.
Klik op Verslag Roofvogeltelling februari 2005 voor het verslag.