Evenals in 2005 hebben we in 2006 een integrale telling georganiseerd van roofvogels. Het idee om een integrale telling van Slechtvalken te houden is ontstaan omdat er weinig bekend is, cijfermatig bij SOVON, over overwinterende Slechtvalken in de regio West Brabant
(binnendijks). Dit in tegenstelling tot bijvoorbeeld Friesland en het noordelijke deltagebied, waar wel goede cijfers van bekend zijn. Waarnemingen van overwinterende Slechtvalken worden in West Brabant maar mondjesmaat doorgegeven aan SOVON.
Echter, er worden steeds meer Slechtvalken waargenomen in West Brabant. Om de huidige verspreiding van overwinterende Slechtvalken in kaart te kunnen brengen hebben leden van de West Brabantse Vogelwerkgroep besloten om een zo groot mogelijk deel van West
Brabant simultaan te tellen.
Onderzoeksgebied en de methode.
De aanpak van de integrale telling staat in het verslag van 13-02-2005 uitgebreid beschreven en is na te lezen in het Hupke nr. 120 {april 2005} en in het jaarverslag van werkgroep Roofvogels Nederland steunpunt Brabant 2004, dit geld ook voor het onderzoeksgebied waar
geteld is.
Klik op Verslag Roofvogeltelling februari 2006 voor het verslag.